Cursus D2
‘Russische kunstenaars in hun sociale context’
Het is oktober 1917, Rusland. De bolsjewieken maken een einde aan het bewind van de tsaren en de kerkelijke instanties en grijpen de macht. Vijf maanden na dat begin van de revolutie benoemden de nieuwe machthebbers de (toen en nu) wereldberoemde kunstenaars Wassily Kandinsky, Kazimir Malevitsj, Vladimir Tatlin en Marc Chagall op hoge ambtelijke posten.
Natuurlijk was mij bekend dat Marc Chagall in die beginjaren van de Russische Revolutie werd benoemd tot ‘Commissaris van de beeldende kunst voor het gouvernement Vitebsk’ en als zodanig daar een kunstacademie stichtte. Hij werd de directeur en Malevitsj was één van de docenten. Maar ik heb me altijd verbaasd over die nauwe betrekking tussen zijn kunstenaarschap en de revolutionaire samenleving in die jaren. En gold dat ook voor die andere beroemde kunstenaars? En waarom is het fout gelopen? Kwam dat door hun onderlinge rivaliteit (Chagall en Malevitsj werkten aan dezelfde academie in Vitebsk en boze tongen spreken over een grote rivaliteit tussen hen beide). Of werd het hen toch te benauwd binnen het opkomende leninisme? Of speelden er nog andere zaken een rol?
Die zoektocht zette mij op het spoor van het prachtige boek van Sjeng Scheijen: ‘De avant-gardisten, De Russische Revolutie in de kunst, 1917-1935’ (uitgeverij Prometheus, Amsterdam 2019). In drie ochtenden neem ik u mee op mijn ontdekkingstocht naar de verhouding tussen kunstenaar en samenleving en dan in het bijzonder die van de twintiger jaren van de vorige eeuw in Rusland. We gaan daarbij natuurlijk ook veel kunst bekijken en laten ons inspireren en uitdagen door ‘Het zwarte vierkant’ en ‘De houthakkers’ van Malevitsj, de reliëfs van Tatlin, het Joodse Theater en de vele afbeeldingen van Bella zwevend boven de stad van Chagall en de ‘improvisaties’ van Wassily Kandinsky. En dat alles in de context van een zinderende, chaotische samenleving. Op weg naar een betere wereld?!
‘De wereld van Pyke Koch’
Pyke Koch (1901-1991) is een van de belangrijkste vertegenwoordigers van het neo- of magisch realisme in Nederland. Het Centraal Museum Utrecht wijdde in 2017/2018 een grootse tentoonstelling aan deze kunstenaar.
Met o.a. de kunstenaars Carel Willink en Charley Toorop vertegenwoordigde Pyke Koch de zogenaamde ‘Neue Sachlichkeit’ in Duitsland tijdens het Interbellum (de periode tussen de beide Wereldoorlogen). Zijn kunstenaarschap geeft een dieper inzicht in de relatie tussen de politieke complexiteit en het kunstenaarschap van die tijd. Zijn bekentenis tot het fascisme (waarvan hij later afstand heeft genomen) en zijn kunst dragen bij aan het debat over ‘goed’ en fout’ dat sinds 1945 niet is verstomd.
Koch bleef actief als kunstenaar tot 1980. Zijn laatste schilderij, De koorddanser III (1980), kan gezien worden als een zelfportret, waarmee hij de balans opmaakte van zijn leven en werk. In een kale afgetakelde kamer met twee deuren, waarachter trappen naar beneden en naar boven leiden, balanceert een man met doek over zijn hoofd op het koord.
(bron: Centraal Museum Utrecht)
Cursusleiding: dr. Jan Henk Hamoen, theoloog, kunstliefhebber, bestuurslid Stichting Klaas Koopmans en drs. Marie Christine Walraven (2 maart 2022)
Locatie: De Buorskip, Beetsterzwaag
Data: woensdag: 2 februari, 16 februari, 2 maart 2022
Tijd: 10.00 – 12.00 uur
Kosten: € 40,00
(Graag aanmelden voor 1 december 2021)